Raamwerk

De nog steeds actieve Covid-pandemie, de Russische inval in Ukraine en de economische tegenwind hebben de aandacht voor klimaatbeleid en circulaire economie naar de achtergrond gedrukt. Toch wordt de vrees voor de opwarming van de aarde voelbaar, door warmere zomers en door zorgen over voorzieningszekerheid na de sluiting van de Russische gaskraan. Herplaatsing van de circulaire economie op de politieke agenda kost, ook door de tweedracht over het stikstofbeleid, meer moeite. Hoewel Staatssecretaris Heijnen (I&W) met een uitvoerige brief[1] aan de Tweede Kamer een verdienstelijke poging doet, is van inhoudelijk beleid nog weinig sprake. De (te) uitvoerige, vooral procedurele brief aan de Kamer bevat een reeks al langer bekende waarheden. Het belang van circulaire economie wordt immers al jaren onderschreven, zelfs in de politieke arena. De impliciete erkenning, dat een heldere profilering van doelen en middelen ontbreekt, wordt helaas niet gevolgd door inhoudelijke acties en maatregelen. Verwacht mocht worden dat de gereedschapskist voor de stimulering van circulaire economie al instrumenten zou bevatten voor de sturing van overheidswege. Denk aan financiële beleidsinstrumenten en quoteringsvoorstellen voor hergebruik van secundaire grondstoffen. Normstelling en kwaliteitsbewaking passen ook bij de regiefunctie van de overheid. 

Liefhebbers van de slogan ‘Act Now’ moeten dus enig geduld betrachten. Het kabinet wil overigens wel structuur aanbrengen in de transitie naar circulaire economie, maar kiest – eigenlijk opnieuw – voor de weg van geleidelijkheid: de uitwerking van een raamwerk, dat vervolgens door z.g. transitieteams moet worden ingevuld met voorstellen voor concrete doelen inzake grondstoffengebruik en circulariteit. Terecht valt daarbij de nadruk op de sectoren kunststoffen, consumptiegoederen, circulaire bouweconomie en circulaire maakindustrie. Het raamwerk is geen blauwdruk noch een deltaplan, andere geliefde termen uit het bestuurlijk jargon. Het is eerder een beleidskader voor de ordening van circulariteitsdoelen via vier voor de hand liggende ‘knoppen’: input, gebruik, verlies en substitutie. Wie de afvalhierarchie kent, ziet ongetwijfeld de relatie met preventie, hergebruik en recycling. Opvallend is de substitutie-knop, aanzet voor kwalitatieve preventie door vervanging van milieuschadelijke grondstoffen door duurzame materialen. Een figuurlijk ‘raamwerk’ is – anders dan een letterlijk ‘frame’ – een schematisch nader in te vullen plan. Hopelijk draaien de transitiepartners zo aan de knoppen, dat op korte termijn voldoende bouwstenen worden aangeleverd voor een Nationaal Programma Circulaire Economie (NPCE). Dat programma vereist heldere doelen, passende acties, concrete maatregelen en voldoende flexibiliteit. Het raamwerk mag de dynamiek noch de snelheid van de transitie in de weg staan.


[1] Kamerbrief d.d. 15 juli 2022 betreffende Stand van zaken concretisering doelen circulaire economie