Groene meetlat

Duurzame 100 van Trouw: 1-50

Duurzame 100 van Trouw: 1-50

Opnieuw heeft het dagblad Trouw via een onafhankelijke jury honderden duurzame Nederlanders langs de – of moet het zijn: een – groene meetlat gelegd. De grote belangstelling voor naamlijsten met een rangorde bracht de krant, die elke dag aandacht aan duurzaamheid besteedt, zeven jaar geleden op de gedachte om ‘Trouws Duurzame 100’ op te stellen. Onbetwiste winnaar van 2015 is journalist en ondernemer Maurits Groen, die zijn achternaam mee heeft, maar ook al heel wat jaren met diverse initiatieven een inspiratiebron is voor mensen, die duurzaamheid handen en voeten willen geven. Zijn WakaWaka-project met de unieke zonnelampjes is een nieuw teken aan de wand, waarop zijn eerder behaalde plaatsen op de lijst van Trouws Duurzame 100 prijken. Dat de naam van Maurits Groen sinds 2009 op de lijst staat, bewijst de duurzaamheid van zijn inspanningen. Waardering voor zijn inzet en gelukwensen met het bereiken van de top van de Trouw-ladder nemen niet weg, dat de lijst elk jaar discussie oplevert. Vragen als ‘waarom hij wel en zij niet’ of ‘waarom zo hoog of zo laag’ liggen voor de hand. Toch zijn die punten minder relevant dan de vraag naar de groene meetlat zelf.

Duurzame 100 van Trouw: 51-100

Duurzame 100 van Trouw: 51-100

Trouw geeft zelf aan hoe iemand een plaats krijgt in de ‘Duurzame 100’. Aan de oude groslijst van 500 namen zijn in 2015 200 nieuwe namen toegevoegd, aangedragen door Trouw-lezers en door de jury, die zelf met 90 namen op de proppen kwam. Dat laatste is al bedenkelijk voor een jury, die onafhankelijk wil zijn. De leden van de jury komen uit vijf deelgebieden – energie, klimaat, wetenschap, natuur, beleid –  die elkaar voor een groot deel overlappen. Klimaatbeleid is zonder energiepolitiek zelfs ondenkbaar. Welke inhoudelijke criteria de Trouw-redactie hanteert bij de samenstelling van de jury blijft even onduidelijk als het schrappen van namen uit de groslijst. Wanneer mensen ‘in het voorbije jaar wat minder zijn opgevallen’ verdwijnen zij volgens Trouw uit beeld. Opvallen: heeft dat niet met publiciteit te maken, meer met vorm dan met inhoud?  Belangrijker is de vraag naar de criteria bij de beoordeling van de namen. Welnu: voor 2015 waren dat daadkracht, innovativiteit en brede visie. Die op zichzelf begrijpelijke criteria zijn niet uniek voor een groene meetlat. Dat de rangorde van Trouw minder duurzaam is dan de krant aangeeft blijkt uit de jaarlijkse wijzigingen, en vooral uit de – om in beurstermen te spreken – hoge volatiliteit. Wanneer iemand op de lijst is beland, kan hij of zij een jaar later tientallen plaatsen zakken of stijgen, hoewel klimmen  – met uitzondering van Roger (Urgenda) Cox: van 98 naar 2 – meer moeite kost dan dalen of verdwijnen. De ‘Duurzame 100’ leert ook, dat in 2015 naast natuur en innovatie klimaat en in het kielzog daarvan energie hoog scoren. Daar staat tegenover, dat de gangmakers van preventie, hergebruik, recycling en ketenbeheer nagenoeg ontbreken. Timmeren zij onvoldoende aan de weg of ontbreekt bij Trouw en de jury het besef dat deze aspecten, die essentieel zijn voor het (nieuwe) deelgebied van de circulaire economie, niet meetellen voor de meetlat van de duurzame ontwikkeling?

[Recycling Magazine Benelux – november 2015]