Wie de (zogenaamde?) sociale media met enige regelmaat volgt – als tijdverdrijf, uit nieuwsgierigheid of beroepsmatig – weet dat virtuele kritiek op de Tweede Kamer als geheel of op parlementariërs persoonlijk tot de orde van de dag behoort. Echte, alom gerespecteerde media laten bij tijd en wijlen hun gedachten ook de vrije loop, zij het minder uitgesproken en vaak ook beter onderbouwd. Zo sloot het Financieele Dagblad, dat in de afgelopen jaren het politieke bedrijf meer en beter is gaan volgen, het parlementaire jaar af met een interessante beschouwing van politiek redacteur Laurens Berentsen onder de duidelijke kop ‘Tweede Kamer beleeft ongelukkig jaar met incidenten en afsplitsingen’. Volgens de krant is het parlement het jaar niet zonder kleerscheuren doorgekomen. Over afsplitsingen – overigens geen nieuw verschijnsel – valt inderdaad weinig goeds te melden, zelfs niet wanneer het populistische partijen betreft. Zetelroof is immers nooit goed te praten, en versnippering van het politieke krachtenveld evenmin. Reparatie van dit type kleerscheuren lijkt intussen een onmogelijke opgave. Meer aandacht verdienen de in het FD gesignaleerde incidenten: de anonieme kritiek van enkele fractievoorzitters op het functioneren van Kamervoorzitter Anouchka van Miltenburg en de even kwalijke als quasi-soap bij de benoeming van de Nationale Ombudsman. Zijn dat kleerscheuren, die wel snel hersteld kunnen worden, of is er meer aan de hand aan en rond het Binnenhof? De twee incidenten hebben op het eerste en tweede gezicht weinig met elkaar te maken. Loslippige fractievoorzitters zijn geen ongewoon verschijnsel. Opvallend is wel, dat de anonieme kritiek het gekozen boegbeeld van de Tweede Kamer betrof. De merkwaardige procedure bij de benoeming van de Nationale Ombudsman lijkt een incident van een andere orde. Toch zijn ook hier instituties van de Tweede Kamer in het geding: de eensgezinde commissie die bij de zoektocht was betrokken en een positief advies had uitgebracht; en de Tweede Kamer zelf, die tot een helder meerderheidsbesluit was gekomen. Berichten over het verleden van de intussen gekozen c.q. benoemde Nationale Ombudsman brachten een deel van de Kamer aan het twijfelen. Guido van Woerkom zag het vertrouwen slinken, en trok zich terug, de Kamer met een dubbel probleem opzadelend: de noodzaak van een nieuwe zoektocht en de zelfbeschadiging. Wanneer de Kamer lering trekt uit deze incidenten, dan hoeft voor dit type kleerscheuren niet langer te worden gevreesd. Dat de Kamer bij tijd en wijlen zelf laat zien, dat zij de parlementaire instituties naar waarde weet te schatten en te hanteren bleek onlangs, op en buiten de valreep van het ondanks de incidenten verdiende reces. Ik doel op de parlementaire enquête naar het reilen, zeilen en feilen van de woningcorporaties, en op de snelle maar terughoudende, waar nodig zakelijke en positief kritische betrokkenheid bij de vliegramp, die heel Nederland diep heeft geraakt. (September 2014)