Ateliers van kunstenaars boeien mij vanaf 1972 toen ik via de City Bar, het legendarische cafe van de onlangs overleden Jo Samson, kunstenaars en hun vaak ambachtelijke werkplaats leerde kennen en waarderen. Rob Terwindt in het Pikkegas, Harry van Kuyk en Klaus van der Logt vlakbij in de oude Bank van Lening, Oscar Goedhart in het ‘verre Mook’, Ted Felen in zijn boerderij in Dukenburg en Harrie Gerritz in Woezik, later in de Berendonck, waar hij nog steeds zijn pictografische landschappen schildert. Toen ik in 2007 met Galerie Stills ‘Beeldspraak’ publiceerde – een reeks interviews met kunstenaars uit het Rijk van Nijmegen – sprak ik alle kunstenaars op Diederik Grootjans en Andreas Hetfeld na allemaal in hun atelier.
Die interviews voerden mij toen ook naar twee kunstenaars in de Kazerne: Dick Tasma, de helaas te vroeg overleden kunstenaar, die mij leerde van stieren en vogels te houden; en Alexander Bobkin, die ik al bij Galerie Stills had leren kennen, maar die ik voor het eerst aan het werk zag in zijn fraaie atelier in de Limos. Hij werkt hier nog, soms in de late uren, nu naast figuratieve ook aan mysterieuze doeken met geen of weinig figuratie. Telkens wanneer ik hier langs loop, kijk ik naar de ramen van zijn en andere ateliers. Zo ontdekte ik ook uit het gedoofde licht, dat Dick Tasma ziek was.
Verbinding tussen ambacht en creativiteit
Wat mij fascineert in ateliers van kunstenaars, is de verbinding tussen ambacht en creativiteit, tussen het loutere handwerk en een onbeperkte scheppingsdrift. De lijn tussen werkelijkheid en verbeelding pakt natuurlijk voor elke kunstenaar anders uit, nog afgezien van het feit dat beeldhouwers andere dingen om handen hebben dan grafici of schilders. De Limos herbergt trouwens een nog grotere verscheidenheid aan kunstenaars. De bezoekers treffen naast de gangbare disciplines ook professionele fotografen met een artistieke inslag.
Ik doel op Martine Berendsen die de stilte in de stad zoekt en uiteenlopende beelden ontdekt, van een kleurrijk autokerkhof tot het grafisch lijnenspel van een ritmische vensterwand; en op Annie van Gemert, die de mens centraal stelt; vandaar haar voor- en naliefde voor portretten, ook van families en bijzondere groepen in hun leefomgeving. Philomena van Wamel vindt in de binnen- en buitenwereld van de mens inspiratie voor vaak kleurrijke, spannende en gelaagde beelden, die blijven boeien door hun mysterieuze lading.
De ‘designers’ uit de Kazerne bewijzen dat het ontwerpen van objecten, ook gebruiksgoederen een kunst apart is. Bezie de eigentijdse schoonheid in het werk van Mechtild Kets, ontwerpster van exclusieve prints voor zijde, leer en andere materialen voor hoogwaardige draagbare en toch kunstzinnige producten. Janske Megens maakt duidelijk, dat ook tassen en schoenen tot even artistieke als toon- en bruikbare creaties kunnen uitgroeien. Marion Timmerman is een hartstochtelijk vormgeefster van unieke en tijdloze interieur-ontwerpen, wil dat de mens zich goed voelt; de omgeving mag geen belemmering zijn.
Kunst in de Kazerne biedt trouwens ook ruimte voor het edele ambacht van een gedreven glaskunstenaar als Frank Biemans: zijn trefwoorden zijn transparantie, weerbarstigheid, variatie en veelkleurigheid, waarmee hij verassende objecten een vierde dimensie schenkt, een dimensie waar nog veel meer over te zeggen zou zijn.
Op meer markten thuis
Veel kunstenaars blijken op meer zo niet alle markten thuis te zijn en ook meer disciplines te beheersen. Kijk maar naar het boeiende werk van Frans Drummen, een veelzijdig kunstenaar die het begrip ‘mixed media’ op bijna tastbare wijze inhoud geeft in realistische beelden met een poetische lading. Of bezoek Lucy Besson, een veelzijdig kunstenares, die met haar experimentele en minimalistische beelden en vernieuwende aanpak tot verrassende en aansprekende resultaten komt. Jannie Benthem legt de vergankelijkheid vast in robuuste buitenbeelden maar ook breekbare keramiek, lichtobjecten naast installaties: tijdloze beelden van de wegvliegende tijd.
Voor Marieke Droesen is de harde noodzaak van verbeelding de drijvende kracht achter haar opzienbarende objecten, schilderijen en installaties, terwijl Ria Roerdink, ‘het uit veel dingen iets unieks maken’ inzet om het onlosmakelijke van taal en beeld te tonen, bij beweging en verandering, maar ook bij terugkeer. Dat de beeldhouwers in en uit de Kazerne veel in hun mars hebben ontdekken de bezoekers ongetwijfeld zelf, wanneer zij het atelier binnengaan van Judith Walboomers, die het dagelijks leven van de vrouw vertaalt in bronzen beelden met een grote zeggingskracht. Op zijn beurt legt Tajddin Özen de verhalen van mensen en dieren vast in de twee-eenheid van brons en steen: fraaie verbeelding van lichaam en geest, aan binnen- en buitenzijde. Annelies Reijers daarentegen koppelt ruimte, gelaagdheid en licht tot speelse, krachtige, bijna natuurlijke sculpturen, en geeft oudpapier een tweede, misschien zelfs tijdloos leven geeft: een ongedachte verbinding tot de Ladder van Lansink
Diversiteit in techniek, figuratie en abstractie
Grafici en schilders vormen de grootste discipline in De Limos, elders trouwens ook. Maar ook hier verrast de diversiteit in techniek, figuratie en abstractie. Vergelijk het werk van kunstenaars als Quirine van Daal, die prachtige ikonen schildert volgens de klassieke Russische traditie met eitempera, een palet van zeven pigmenten, die vermengd worden met eidooier en water, met dat van
Roderick Brenninkmeijer, die voor de bijzondere combinatie kiest van landschappen, (zelf)-portretten en stillevens van een enkel voorwerp zoals een paddestoel of een sleutel. Stillevens zijn trouwens een dankbaar onderwerp voor meer kunstenaars. Kijk maar naar Paul van Ernich, die zichzelf een eigentijdse schilder noemt met een klassiek ambachtelijke werkwijze: ontdek zijn zelfkennis door te kijken naar zijn portretten en stillevens. Jetty Antvelink ontdekt bijzondere dingen in het gewone leven van mens en natuur. Licht, ruimte, kleur en rite vormen de bouwstenen voor haar allerhande associaties.
Denny Baggen kiest voor de woorden verbinding, kleur en (positieve) energie: haar vrolijk ogende doeken stralen uit dat doorgaan de universele boodschap voor het leven is. Over leven gesproken: Peter Bremer gebruikt organische vormen en figuratie door elkaar om met een dichterlijke ondertoon een eigen verhaal te vertellen: dagdromen als het ware.
Karin Elfrink’s sleutelwoorden zijn bomen, bos, licht en beweging: kijkend naar haar (veelal bos-) landschappen voel je dat je ergens bent, of beter: er bent, terwijl Funs Erens toeval toelaat bij het schilderen van organische groei- en afbraak processen, met vaak onverwachte schoonheid, in kleur en structuur van materie, stil of stromend. Susanne Evers toont met haar kleurrijke schilderijen in het snijvlak van figuratie en abstractie een aansprekende verbeelding van een soms anekdotische werkelijkheid, terwijl Ruud Harmsen op ambachtelijke wijze een eigen wereld schept. Laag over laag komen zijn verstilde landschappen en kleurrijke stillevens te voorschijn. ‘Monnikenwerk’ zegt hij zelf.
Verscheidenheid kent geen grens
In- en outsiders zullen beamen dat, de verscheidenheid aan beeldend kunstenaars in de Kazerne geen of nauwelijks grenzen kent. Kijk maar naar het werk van Jeroen van Herten, een nieuwsgierige man, die zijn waarnemingen vastlegt op veelal grote, even kleurrijke als subtiele doeken waar de verrassing van afspat; of Madeleine Jansen, die de toeschouwers verrast met een strakke en geometrische verbeelding van landschappen, die ondanks – of dankzij – de ordening levendig blijven. Hans Jebbink is een tekenaar en schilder, waarvan ik op het wereldwijde web slechts een fraaie tekening heb gevonden en een atelierfoto: een impressie blijft achterwege, tot een bezoek aan zijn atelier.
Zo niet voor Marijke Kremers, die in een worsteling met olieverf ruimte, licht en kleur verbindt tot schilderijen met reflectie: spiegeling en bespiegeling in een adem. Maria Megens vindt inspiratie in landschap en architectuur. In haar opvallende schilderijen voert abstractie de boventoon, veelal kleurrijk, soms expressief maar ook wel contemplatief, beschouwend dus. Ingrid Oostendorp’s schilderijen van menselijke figuren en gedaanten vragen om enige gewenning, voordat hun in- en extrinsieke schoonheid zich aan de kijker openbaart.
Myrna Rasker maakt (e) kleurrijke mozaïeken en schilderijen over (schijn)heilige kippen, madonna’s en huisjes uit materialen, die ze vindt op haar struintochten langs de Waal.Vasily Tryndyk zegt zelf, dat zijn creaties niet in woorden beschreven kunnen worden. Een poging zou vermetel zijn. Indrukken en woorden laat ik aan de kijkers (en kopers) over.
Creativiteit in lengte, breedte, diepte (en hoogte)
Wie de telling heeft bijgehouden, weet dat ik nu 34 kunstenaars heb genoemd en benoemd. Bevraag alle kunstenaars gerust over de techniek, de drijfveer en de bedoeling van hun werk: creativiteit in lengte, breedte en diepte of hoogte, want installaties scoren ook op de hitlijst van de artisticiteit. Over hoogte gesproken: ik raad de gasten aan om in de nok te beginnen. Een keer klimmen vermoeit minder en verrast meer. Maar hoe dan ook: geniet van het werk van de Kunstenaars in de Kazerne. Mij past bescheidenheid, daarom spreek ik geen voorkeur uit en evenmin een waardeoordeel, of het moest de ‘overall’ kwaliteit zijn: die is hoog.
Om andere dan artistieke redenen ken ik twee kunstenaars een eervolle vermelding toe. Het zijn Karin Elfrink, die gisteren uitgebreid de tijd nam om mij door de Kazerne te leiden en aan de aanwezige kunstenaars voor te stellen, en Lucy Besson, die helder verwoordde wat de meerwaarde is van Kunst in de Kazerne. Dat is de gezamenlijke inzet van alle kunstenaars, ondanks de verscheidenheid van belangen en disciplines, de wederzijdse inspiratie met behoud van ieders eigenheid en de verbondenheid door de samen gevoelde wens tot vernieuwing. Digitale interactie via website en Facebook bewijzen dat evenzeer als de Open Atelierdagen 2014: een nieuwe glanzende schakel in wat intussen een traditionele keten is geworden. Ik wens alle kunstenaars veel, zo niet alle succes, en de gasten veel genoegen op hun nieuwsgierige tocht door de Kazerne. Kijken kost niets, vragen evenmin, en kopen is niet verboden, integendeel.
Naschrift : Verantwoording
Vrijwel alle kunstenaars, die in 2014 hebben deelgenomen aan de Open Atelierdagen stelden mij in de gelegenheid een foto te maken van een werk ter illustratie van de korte karakteristieken in de openingstoespraak. Van enkele deelnemers kreeg ik een digitaal bestand. Veertien afbeeldingen zijn geplaatst naast de tekst. De overige werken zijn hieronder afgebeeld. De lezers kan elke afbeelding vergroten door op het werk te klikken.
Mijn complimenten, een prachttoespraak, kort, krachtig en inhoudelijk relevant.
Overigens de site is ook zeer interessant en inspirerend.
Gaarne enige informaties over Kunstwerken van Hans Jebbink, alsmede expositie(s)
Hoi Hans Jebbink,
Het is heel wat Jaren geleden…….Graag wil ik Onze Contacten herstellen. Mijnerzijds wil ik Je een en ander persoonlijk toelichten. Jouw reacties stel ik ( zeer !! ) op prijs……
With The Best Regards: Cees Rumlus Nistelrode
Dag Hans, misschien kan je mij nog herinneren van de Thomashof, waar jij ook woonde.
Toevallig kwam ik je naam tegen, in je toespraak die je zie ik dat je het hebt over De City Bar. Dat is het café waar Marcel en ik elkaar voor de eerste keer hebben ontmoet.
Van veel kunstenaars waar je het over hebt ken ik het werk.
Leuk dat je in de kunstenaars wereld terecht bent gekomen.
Lijkt me leuk om je weer eens te ontmoeten samen met Marjoke, zij woonde ook op de Thomashof. Vriendelijke groet van Jeannette